Over tijd
‘Als het eerst maar weer kars is’, roepen we het liefst al op 1 januari. Of zelfs ‘als we eerst maar eens met z’n allen op de gang van het ouwemannenhuis zitten te pruimen’. We stippelen onze toekomst het liefst uit tot in het graf. En in een zeldzaam moment van rust dwalen gedachtes vaak af naar ‘the good old times’. Hutten bouwen in de herfstvakantie, kerstbomen verzamelen op 1 januari.. Of ‘ff een weekje terug in de schoolbanken van ‘de Don Bosco’’, en geen spekje aan de lucht. Je onbezorgde jeugd lijkt altijd net wat mooier dan de hectische wereld van nu. Maar wat je vaak al snel vergeet aan bijvoorbeeld een geromantiseerde Don-Bosco-tijd, is de stapels met huiswerk, S.O.-stress en de last op de schouders van een extra gymtas met blauw/witte internaatkleding. Al die minder leuke dingen aan een bepaalde tijd, vergeet je. Maar in je huidige leven draag je ze wel een hele dag mee. Wat staat er op het menu vandaag, die ene rekening moet nog betaald worden, de rookmelder piept, de keukenrol is op, het fietslampje is stuk, en ga zo maar door.
Het heden lijkt zo vaak een tussenstop, iets om doorheen te worstelen voordat de volgende kerstvakantie voor de deur staat. Ik moet mezelf er vaak aan herinneren dat ik in alle hectiek meer moet genieten van het moment. Van de week vond ik mezelf met een telefoon in m’n hand snapchat-herinneringen te bekijken van toen ons zoontje klein(er) was. Terwijl hij, inmiddels drie jaar oud, voor m’n neus stond en netjes vroeg of ik m’n telefoon wilde wegleggen en met hem wilde komen spelen.
De film ‘About Time’ bevestigde laatst dat gevoel. Spoilers De mannen in het gezin van de hoofdpersoon hebben een ‘familiekwaaltje’. Ze kunnen terug in de tijd reizen. Z’n vader gebruikt die superkracht om elke dag door te maken om vervolgens diezelfde dag nog een keer te beleven, maar dan genietend van alle kleine details en door ongemakken te omarmen. Hoofdpersoon pakt het anders aan en probeert elke dag om er het allerbeste uit te halen en om stoïcijns om te gaan met ‘tegenslagen’, om z’n gave maar niet te hoeven gebruiken. In feite een superkracht die we allemaal bezitten.
Dus ik heb met mezelf afgesproken dat hoe slecht, lang en ellendig de dag ook was. En hoe graag ik ook even rust wil. Als ik thuis kom en m’n kinderen vragen of papa mee wil helpen bouwen aan de DUPLO-trein, dan ga ik naast ze zitten en doe ik dat. Want er komt een dag dat ze me niet meer nodig hebben en het niet meer zullen vragen. Zoalig kàrs.