Scholieren krijgen ’s morgens al training bij FC
Sinds dit seizoen biedt een samenwerking tussen FC Volendam en het Voortgezet Onderwijs (Don Bosco College en Triade) jeugdspelers de kans om extra (ochtend)trainingen te volgen. Als onderdeel van het hervormen van de jeugdopleiding. In het eerste jaar blijkt het voor alle betrokken partijen een leerzaam proces. ,,In de dagelijkse praktijk zien we veel dingen goed gaan, waar iedereen profijt van heeft. Al zijn er in zo’n eerste jaar vanzelfsprekend ook dingen die nog beter kunnen.”, zegt Cees Keizer, technisch manager boven- en middenbouw bij FC Volendam.
Door Eddy Veerman
[ads id=66]
De intenties waren helder, de tijd waarop een en ander gerealiseerd zou moeten worden ambitieus. ,,Het is allemaal begonnen met de audit van de RKAV- en FC-jeugdopleiding. Als FC Volendam de ambitie heeft om continue in het linkerrijtje van de eredivisie te spelen met voor vijftig procent zelfopgeleide spelers in het eerste elftal, dan moet het niveau van de jeugdopleiding omhoog. Een van de belangrijke onderdelen daarbinnen, is dat het aantal trainingsuren omhoog gaat en er een optimale dagafstemming is. Dan zou je ook in de ochtend moeten gaan trainen. Wim Jonk en Ruben Jongkind hebben destijds bij Ajax ook met een aantal mensen op De Toekomst gezorgd dat daar een school kwam.”
Waar de realisatie bij Ajax jaren vergde, werd de samenwerkingsovereenkomst tussen het SKOV/DBC en FC Volendam al snel beklonken en naderhand sloot ook de Triade aan. De ontwikkeling van het kind moest centraal staan, zo luidde onder meer de boodschap. Keizer: ,,Al snel hebben we het verhaal aan spelers en ouders voorgelegd. Waarbij we mensen niet willen dwingen en een vrije keuze laten. Als ze wel naar deze school gaan, wordt voor de jongens van buiten het dorp het vervoer naar Volendam geregeld. In combinatie met de boodschap van de extra trainingsmomenten, besloot zo’n vijftig procent hier op school te gaan.”
‘Voorwaarde is dat
je goed presteert
op school en je
jezelf goed gedraagt,
dán mag je de
trainingen genieten’
,,Op het DBC zijn 46 nieuwe jongens gekomen die bij de FC spelen, in totaal zijn het er nu 65”, zegt Jordy Klijn, afdelingsleider op het Don Bosco College. Jordy voetbalde zelf in de jeugd bij Ajax en FC Volendam. ,,Wij geloven er echt in, dat wij als DBC door de samenwerking een bijdrage kunnen leveren aan de voetbalclub FC Volendam. Wat uiteindelijk kan uitstralen op het hele dorp.”
Klijn is jeugdtrainer bij RKAV Onder 16. ,,Ik sta versteld van de toegenomen betrokkenheid van onze jongens bij het eerste van FC Volendam. Dat was een paar jaar geleden helemaal niet.”
Afkomstig uit De Rijp ziet Klijn parallellen met de jeugd hier. ,,Ik kan ook refereren aan mijn eigen jeugd; dáár is ook sprake van sociale druk, maar hier is het wel extreem. Toch zie ik ontzettend veel kansen hier. En als wij als DBC sportjongens laten meedraaien, of dat nou is uit Heemskerk of Amsterdam-Oost, dan kunnen die jongens een voorbeeld zijn, dat je mag zijn wie je bent, dat je mag afwijken van de groepsnorm, dat er meer is dan je automatisch conformeren aan die groepsnorm, dat je mag uitblinken in iets. Dat er eigenaarschap en zelfstandigheid ontstaat en er op die manier ook iets terugkomt naar onze school. Zo kunnen wij iets bijdragen aan onze micro-samenleving, samen de sportsamenleving meer gestalte geven. Laten zien aan jeugd en dóór jeugd dat er meer is dan zitjes, dat je ook naar de FC kan gaan. Het moet een vliegwiel zijn.”
Cees Keizer: ,,Sport en onderwijs kunnen elkaar versterken, je kunt gaan werken vanuit de interesse van het kind. Heel veel vaardigheden die vanuit het curriculum van het DBC worden aangeboden, komen overeen: ook binnen onze opleiding leren ze zichzelf te presenteren, leren ze doelen te stellen. In korte tijd is er al veel voor elkaar gebokst, onder meer dat de trainingstijd bijna is verdubbeld. Naast twee ochtendtrainingen wordt één ochtend gebruikt om voetbalbeelden te kijken in het DBC.”
Verantwoordelijkheid
,,Voorwaarde is dat je goed presteert op school en je jezelf goed gedraagt, dán mag je de trainingen genieten”, vervolgt Jordy Klijn. ,,Wij hebben de verantwoordelijkheid om te zorgen dat jongens een diploma halen richting een eventuele maatschappelijke carrière. Als school er onder lijdt, dan gaan we met de FC in gesprek. Dan zullen jongens trainingen moeten laten gaan. Er zijn ook jongens die dat uit zichzelf al doen, wanneer ze bijvoorbeeld tentamens in het vooruitzicht hebben.”
Keizer: ,,We hebben korte lijnen met de scholen met betrekking tot prestaties en gedrag. Los van dat we spelers willen opleiden voor een bepaald niveau, geloven we ook dat spelers in hun bagage tools mee krijgen die van hen een beter mens maken. Onze ambities klinken mooi, maar in de dagelijkse praktijk tref je ook situaties waarin jongens bepaald gedrag vertonen dat niet altijd even productief is voor zichzelf en de hele omgeving.” Klijn: ,,Er zijn daarin zéker dagelijks dingen die beter kunnen.”
Keizer: ,,Het is niet realistisch om in een eerste jaar te denken dat alles perfect verloopt. Het is soms een zoektocht en vergeet niet dat het voor sommige jongens een grote verandering betekent. En achter elk individu zit een hele wereld. Onlangs hebben we evaluaties gedeeld met spelers en ouders.”
,,Het is voor iedereen een transitie, waarbij we ook zeker oog moeten houden voor wat beter kan. En ook stilstaan bij dat er in korte tijd al heel veel wel goed gaat.” Klijn: ,,Ook voor onze docenten is het een grote verandering. Wij zien het tevens als een kans om de school te verrijken met andere culturen. Dat geeft een tijd van gewenning en wat we merken is dat de negatieve kant wat vaker benadrukt wordt dan het goede. Als lange termijn-effect hopen we juist dat álle leerlingen er profijt van hebben. We willen graag flexibiliteit en differentiatie, kijkend naar en vanuit de leerling met al zijn plussen en minnen, sporter of niet-sporter. Dit traject kan een impuls zijn voor het onderwijs hier.”
‘Was ik nog
maar veertien…’
Keizer: ,,Er komen dagelijks uitdagingen voorbij. We zien ook mooie dingen ontstaan. Jongens spreken elkaar soms aan op elkaars gedrag of benadering richting docenten. Dat is ook verrijkend. Evenals dat jongens onderling aansluiting vinden: Volendammers die een niet-Volendammer meenemen in de pauze tijdens lunchtijd.”
Klijn: ,,We maken ook geen aparte klassen, zodat er sprake is van kruisbestuiving tussen de verschillende type jongeren. We hebben inmiddels een studie-aula ingericht voor alle leerlingen, waar ze in stilte kunnen studeren. Als ik dat toch vroeger had”, mijmert hij met een glimlach. ,,In de ochtend trainen op veld 5, dán al bezig zijn met voetbal en beter worden. Was ik nog maar veertien… Die jongens zijn zich er soms nog niet van bewust, in wat voor fantastische omgeving zij zitten. En dat dat dus ook verantwoordelijkheden en een bepaalde discipline met zich meebrengt.”
Vanuit de Triade is docent Mark Hildering betrokken bij het traject. Een voetbaldier, die ook jeugdtrainer is bij RKAV Volendam. ,,Bij ons gaat het om zeven leerlingen. Vier uit de derde klas en drie uit de tweede klas. We zien dat derdejaars er wat verantwoordelijker mee omgaan, als je kijkt naar het maken van keuzes wanneer zij een toets hebben. Dan laten ze ochtendtrainingen aan zich voorbij gaan.”
,,Je loopt tegen allerlei – leerzame – situaties aan. Het opvangen van signalen en het contact met ouders is belangrijk. We hebben van tevoren afspraken gemaakt en elke zeven weken is er een evaluatiemoment met de ouders. Met de spelers spreek ik sowieso regelmatig. Voor een deel van de groep zijn we terug gegaan naar één ochtendtraining. Wanneer zij over gaan naar het derde jaar, is het streven om weer twee keer te gaan trainen. Tot dusver kunnen we positief zijn.”