Dans en hoop
Ik weet het, Europa is absoluut bloedmooi, maar wij sparen ook graag voor het maken van verre reizen, om de andere continenten met onze kinderen te ‘beleven’. Dat maakte dat er dit keer een groot contrast was: terwijl onze familie traditiegetrouw om half tien naar de Hoogmis liep, was het rond die tijd op de plek waar wij verbleven in het adembenemend mooie Namibië 37 graden. Contrast was er ook met het zien van de armoede. We kochten wat, maar gaven ook water aan de kinderen uit de kleine hutjes, aangezien er waterschaarste heerst. Dáár smeekten ze om regen, hier hebben we overvloed. In alles.
We vertoefden wekenlang in en dichtbij de fascinerende natuur, totaal losgekoppeld van ‘het hier worden geleefd’. Of van het ‘jezelf laten leven’, want soms kiezen we daar ook zelf voor. Een ieder zal zich daar op zijn of haar manier in herkennen, maar daar zit voor mij één van mijn voornemens voor het nieuwe jaar én daarna: als je zo graag wilt dat het iedereen goed vergaat en we állemaal respectvol met elkaar omgaan, dan moet je ook oppassen dat je zelf niet gebukt gaat onder die wens en hoop. Realistisch zijn, meer zien wat wél goed gaat en zorgen dat ik regelmatig dans, óók in de regen, dat neem ik me voor.
Dansen en zingen, dat kunnen de Afrikanen. En wij ook. Zaterdag togen we naar de – in dit geval gelukkig nog prachtig versierde Vincentius – kerk. Om een kaarsje op te steken en te bedanken. Bleek het koor van De Zangertjes daar op te treden. Dat ontroerde, tot bijna vochtige ogen. Een hoopvol 2025!